Hij schoof wat verlegen aan in de gesprekscirkel van de A.N. waar ik al anderhalf jaar wekelijks zat.
‘Hai,’ mompelde hij, zuchtte diep en keek met duidelijke tegenzin de groep rond. We knikten hem bemoedigend toe. Elk van ons was hier ooit voor het eerst geweest en had de weerstand moeten overwinnen waar deze man nu ook zo zichtbaar mee worstelde.
‘Hai,’ herhaalde hij nu iets luider. ‘Hai, mijn naam is Henk-Jan Dap en ik kom hier bij de Anonieme Naamdragers omdat ik een naamprobleem heb.’
‘Hai Henk-Jan,’ galmden we hem toe als warm welkom. Toch was ons ongemak voelbaar.
Er werd gefronst. Henk-Jan is een heel normale naam. En Dap als achternaam… och, het was wat kort, maar er zaten hier mensen met veel spectaculairdere achternamen.
De nieuwkomer keek weer naar de vloer en voegde eraan toe: ‘Maar vanaf mijn kinderjaren al noemt iedereen me dikkertje.’
De begeleidster hield haar adem in. ‘Wat akelig voor je. En zo lang al.’
Henk-Jan knikte. Een enkeling had het direct in de gaten.
Selma Gleufnat gniffelde, onwillekeurig. Ben Nietgoed floot nauwelijks hoorbaar een kinderliedje. Hier zat hij dus! Een beroemdheid, kun je wel zeggen.
‘Hee, Henk-Jan!’ lachte Kees Pielkenrood. ‘Dan kunnen we beter onze volgende bijeenkomst niet vlak na kwart over zeven houden he? Dan sta je zeker nog op de trap!’
Henk-Jan zuchtte diep. ‘Kijk. Dit dus. Dit soort reacties krijg ik nou al mijn hele leven. Ik had dus zelf gehoopt dat dat hier bij de A.N. een keertje niet zo zou zijn.’
De begeleidster keek Kees bestraffend aan.
‘Kees, het is hier een veilige plek voor mensen met welke naam dan ook, dat zou jij moeten weten. We vormen samen, mét elkaar, de Anonieme Naamdragers en bij de A.N. is ook Henk-Jan Dap welkom. Hoe hij ook wordt of werd genoemd. Welkom, Dikkertje! Oh, sorry, sorry!’
Zwijgend pakte Henk-Jan Dap zijn jas en verliet het kille zaaltje. Ik denk dat ik de enige was die zag hoe hij in het halletje nog gauw een paar suikerklontjes weggriste van het koffiewagentje. Het leek me een schamele compensatie van zijn naamleed. En zo dik was hij niet eens.