‘Kijk,’ zei mijn vader, ‘als je graag een praatje wilt kunnen maken met iedereen moet je twee dingen uit je hoofd leren: een naam en een detail. Dan komt niemand erachter dat je er eigenlijk de ballen verstand van hebt en je hebt altijd een leuk gesprekje.’
Johan Cruijff, nou, nou, nou...
Deze slimme truc ontwikkelde hij in de vroege jaren tachtig op zijn werk. Daar ging het in de koffiepauzes vaak over voetbal. Een onderwerp waar mijn vade...
Lees verder...
Lees verder...