Hoog winkelcentrum, kleine mens

Een overdekt winkelcentrum. Links en rechts de felle verlichting van etalages. Paspoppen met een grijns als een mens op een perfect gezicht van plastic. Niemand lijkt daarop. Breed wandelgedeelte. Ruimte om elkaar te passeren met wandelwagens en rolstoelen, met grote boodschappentassen in de hand, zonder te twijfelen over wie welke kant op zal uitwijken. Muziek, zo zachtjes dat je het niet hoort maar wel opeens dat ene liedje in je hoofd hebt dat zojuist je oren binnen sloop om in jouw persoonlijke interne muziekarchief het opgeslagen geluidsdossier aan te tikken. Licht. Geluid. Mensen. Spullen. Kleren. Meubels. Galmende voetstappen en kinderstemmen, echo langs glazen wanden en een hoog plafond.

Zoek houvast! Klamp je vast!

Wat zijn we nietig, wij kleine mens in een glimmende, hoge ruimte. Gauw! Zoek iets dat houvast geeft. Wat dan ook. Iets dat van jou wordt. Iets dat bij je blijft. Voorlopig dan.
Koop een koek of een suikerspin voor de troost. Koop een kledingstuk dat verhult wat niemand van jou mag zien en de indruk benadrukt die jij van jezelf wilt geven aan de wereld. Koop een meubelstuk dat je veiligheid zal geven in je eigen huis. Koop een hebbedingetje dat je speelse geest toefluistert: ‘Rustig maar. Je hoeft heus niet altijd zo ernstig te zijn als hier, waar iedereen je ziet, waar je maar een nietig en onbeduidend mens bent. Straks mag je masker weer af.’
Houd je vast aan iets van eeuwigheidswaarde. Een belofte. Iets eigens waar je je veilig bij voelt. Want onder hoge plafonds is de mens nietig. Te klein voor het leven zonder hulp. Klamp je vast aan wat er aangeboden wordt.
Oude truc. Werkt al heel lang uitstekend.

 

 

Top